Christel geeft aan dat het als regiomanager vooral belangrijk is om je aan te passen aan de voorzitter met wie je samenwerkt: “Alle voorzitters met wie ik samenwerk zijn me even lief, maar het verschilt per afdeling of je veel of weinig contact hebt. Op sommige plekken wordt heel veel zelfstandig gedaan, dus dan hebben ze mij wat minder nodig. Ik zie mezelf als een kameleon: ik vul mijn functie in zoals de voorzitter en het bestuur het graag willen. Met iedere voorzitter en ieder bestuur verloopt de samenwerking anders, maar weten dat je elkaar kunt versterken en gebruikmaken van elkaars kunde en expertise, dat is heel belangrijk.”

Henri heeft een tip voor Bestuurders: “Vraag om hulp als het nodig is. Als ik nooit iets vraag of zeg, dan kan Christel ook weinig doen om me te helpen.” Christel is het daarmee eens: “De regiomanagers hebben heel veel kennis, maak daar gebruik van! Je hoeft niet alles zelf te verzinnen.” Henri: “Durf aan te geven wat je sterke en minder sterke punten zijn. En wat het belangrijkste is in een succesvolle samenwerking: je moet elkaar 100% vertrouwen en open en eerlijk zijn. Je moet alles tegen elkaar kunnen zeggen en openstaan voor feedback van elkaar.”

Christel heeft nog en tip voor regiomanagers: “Waardeer de inzet van alle bestuursleden. Zij werken nog veel meer dan jijzelf in het veld. Ze kennen de mensen en kunnen dingen voor elkaar krijgen. Als regiomanager woon en werk je wel in een bepaald gebied, maar je hoort en ziet niet alles. Dan is het heel fijn dat bestuursleden je op zaken wijzen.”

Henri: “We hebben heel veel aan elkaar en vullen elkaar op alle fronten aan. Ik ken de regio goed en weet veel, maar natuurlijk niet alles. Christel vult mij aan met haar kennis. Vergaderingen bereiden we samen voor. We kijken wat er op de agenda staat en bespreken hoe we het aanvliegen. Tijdens de vergadering vullen we elkaar aan waar het kan. Ik begin en Christel maakt het af, of andersom. Die wisselwerking gaat heel goed. Daarnaast ben ik natuurlijk een lokale bestuurder; ik woon en werk in het gebied waar ik bestuur. Het is daarom handig om iemand te hebben voor wie dat niet geldt en die dingen kan zeggen die ik niet kan zeggen. Ik kan een hele andere band opbouwen met mensen dan Christel.”
Christel vult aan: “Henri heeft inderdaad een andere band met de mensen in het gebied. Ik kan net wat meer zeggen en wat vervelender zijn dan Henri. Niet iedereen kan namelijk het onderscheid tussen Henri als bestuurslid en Henri als ondernemer of inwoner even goed maken. Bij mij komt niemand een kopje koffie meer of minder drinken vanwege mijn uitspraken. Bijvoorbeeld bij oneerlijke concurrentie in de paracommercie. Vaak zijn verenigingsmensen ook gasten in de zaak van een bestuurslid en zij vinden het dan niet prettig als KHN zich sterk maakt voor de horecaondernemers door aan te geven dat bepaalde activiteiten in een paracommerciële instelling niet zijn toegestaan”

Henri: “We hebben veel mooie resultaten bereikt. Een mooi voorbeeld was het plan van de gemeente om precario te gaan heffen voor de terrassen op gemeentegrond, dat was nog voor corona. Iedereen die een terras had, zou zich ineens blauw moeten gaan betalen aan precariorechten. Toen dacht ik ‘dat gaat niet gebeuren’. Ik heb alle politieke partijen aangesproken, maar ook andere groepen betrokken. Zoals de ouderenbond en de gehandicaptenbond die zo ook hun zegje konden doen over het behouden van een leefbare stad. Er ontstond veel reuring en uiteindelijk vochten zelfs drie politieke partijen om wie een motie mocht indienen om het plan van tafel te halen.”
Christel vult aan: “Henri heeft na jarenlang ondernemen in de regio veel nuttige contacten opgebouwd. Ik breng de technische achtergrond en kennis mee. In de voorbereiding van zo’n actie kijken we dan samen naar welke argumenten Henri kan gebruiken en hoe hij die het beste kan overbrengen. En Henri kan heel goed praten, maar iets minder goed zijn ideeën op papier zetten. Dat doe ik dan voor hem.”

Henri: “We hebben een hele goede verstandhouding met de gemeente. We helpen elkaar echt. Toen de CTB-gelden verdeeld moesten worden, belde de gemeente bijvoorbeeld om te vragen of ik daarbij wilde helpen. Ze vinden het fijn dat er iemand is die constructief meedenkt. Ik heb dus een voorstel gemaakt, waarbij niet alles naar de horeca ging maar waarin ik natuurlijk ook begrip toonde voor de andere partijen, zoals sportverenigingen. En zo doet de gemeente ook weleens iets terug. Ze wilden ambtenaren een cadeau geven, in de vorm van een cadeaubon. We hebben dat toen voor ze geregeld en die bonnen konden alleen gebruikt worden bij KHN-leden. Als je meedenkt en de druk wat verlicht bij ambtenaren, dan sta je al met 1-0 voor en doet de gemeente graag iets voor je terug.”

Een interview met Christel Nabuurs, Regiomanager Noord- en Midden-Limburg, en Henri Geurts, Bestuursvoorzitter afdeling Maas en Niers.

In iedere regio wordt de samenwerking tussen de regiomanager en de bestuursvoorzitter anders ingevuld. Wat is het geheim van een succesvolle samenwerking? En hoe bereik je samen het beste resultaat? We spraken regiomanager Christel Nabuurs en bestuursvoorzitter Henri Geurts. Zij zetten zich samen al zo’n 15 jaar in voor de belangen van horecaondernemers in hun regio, Noord-Limburg.